Nederland en Australië gaan binnen een aantal weken praten met Rusland over de aansprakelijkheid voor het neerhalen van vlucht MH17. Dat diplomatieke overleg moet ertoe leiden dat “formele onderhandelingen” over de aansprakelijkheid kunnen beginnen, zegt minister Stef Blok (Buitenlandse Zaken).

“Ik ben positief gestemd dat dat ook gaat lukken”, aldus de minister. “Ik constateer dat we op diplomatiek niveau constructief overleggen.”

Beide landen stelden Rusland vorig jaar mei verantwoordelijk. Ze hoopten zo af te dwingen dat Rusland zou gaan meewerken aan het onderzoek. Dit traject staat los van het strafrechtelijk onderzoek en de mogelijke vervolging en berechting van de daders.

Over het overleg, dat als eerste werd gebracht door RTL Nieuws, worden verder geen mededelingen gedaan. “Ik ga echt niet speculeren wanneer of waar dat plaats kan gaan vinden”, zegt Blok. Het aansprakelijk stellen van landen is een ingewikkeld juridisch proces. Als de landen niet tot een vergelijk komen over de aansprakelijkheid, kunnen Nederland en Australië naar een internationale rechtbank stappen.

Rusland heeft steeds getwijfeld aan de objectiviteit van het onderzoek naar het neerhalen van MH17. Moskou stelt niet verantwoordelijk te zijn voor het neerschieten van het vliegtuig.

De Boeing van Malaysia Airlines werd op 17 juli 2014 boven oorlogsgebied in het oosten van Oekraïne neergeschoten. Dat gebeurde met een Buk-raket. De lanceerinstallatie was afkomstig van een Russische basis bij Koersk, heeft internationaal juridisch onderzoek uitgewezen. Alle 298 mensen aan boord kwamen om het leven, onder wie 196 Nederlanders.

Nabestaanden van zeventig mensen die omkwamen bij de ramp, hebben in november een klacht tegen Rusland ingediend bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM). Rusland heeft volgens de aanklacht het recht op leven geschonden en daarmee ook het recht op "eerbiediging van het gezinsleven".